Lang getwijfeld of ik aan dit boek “Bernhard” van Annejet van der Zijl wilde beginnen. Van huis uit ben ik totaal niet opgevoed met een voorliefde voor de Oranjes, eerder het tegendeel. Wat ik me nog kan herinneren uit mijn jeugdjaren, zijn de binnen ons gezin gebruikelijke grappen en grollen die niet alleen over doodnormale, alledaagse zaken gingen, maar tevens over alle foute Oranjelieden de ronde deden.
Het huwelijk van Willem-Alexander met zijn Maxima – opnieuw een telg voortgekomen uit een vader van niet geheel onbesproken gedrag – was aanleiding om de moppentrommel nog wat verder open te zetten. Zelfs Maxima’s tranen die voor het merendeel van de bevolking voor ontroering zorgde, zorgde niet voor een vergroting van onze Oranjeliefde.
“Uit wat een integer en hardwerkend milieu kwamen mijn voorvaderen dan wel niet”, sprak wijlen mijn eigen pappie tot mij, quasi-plechtig en altijd met een grijns van oor tot oor. Tot op de dag van vandaag ben ik hem blijven geloven, hoewel uit persoonlijk genealogisch onderzoek soms het tegendeel bleek. Maar dat kon pap toentertijd nog niet weten.
Nazi-verleden
Nieuwsgierig naar de waarheid omtrent de vele buitenechtelijke affaires van Bernhard (met de daarbij behorende kinderen) won het van mijn republikeinse instelling. Hierin word ik echter teleurgesteld. Deze affaires worden in dit boek wel zijdelings benoemd, maar nergens met naam of toenaam volledig opgehelderd.
Wat wel overduidelijk naar voren wordt gebracht is het nazi-verleden van deze van oorsprong Duitse prins-gemaal. Van 1933 tot 1937 zou hij uit vrije wil lid geweest zijn van de NSDAP. Achteraf gezien is het goed te verklaren dat hij dit wapenfeit altijd heeft weten weg te poetsen, niet alleen voor zijn aanstaande familie, maar later ook voor het Nederlandse volk. Als man van adel wil je tenslotte geen smet op je blazoen te verwijten krijgen. De door hem verfoeide communisten hebben hem daarmee een handje geholpen, door het hele Stasi-archief te laten verstoffen, zodat er nooit keiharde bewijzen ten aanzien van zijn nationaalsocialistische houding op tafel konden worden gelegd.
Bluf en branie
Bernhard was niet alleen in zijn jonge jaren een deugniet met veel bravoure; ook in zijn latere leven bleef hij een figuur die zich met bluf en branie een weg door het leven baande. Eenmaal binnen in het Oranje vorstenhuis had hij geld in overvloed ter beschikking om uiting te kunnen geven aan zijn persoonlijke genoegens: dure auto’s, verre reizen, uitbundige feesten. Ook tijdens en kort na de geboortes van zijn vier kinderen, was zijn vrouw Juliana vaak alleen, dit zou je op zijn minst toch kunnen duiden als zelfzuchtig en immoreel.
Naar de buitenwereld toe was Bernilo, zoals zijn koosnaam luidde, een leuke vent met perfecte manieren, een ongebreidelde levenslust en een soort humor die op veel mensen ontwapenend overkwam. Achter deze façade ging echter een opportunistische charmeur schuil, met een bovenmatige zucht naar geld en avontuur. Van der Zijl betitelt hem dan ook in haar boek als een mislukking, met name vanuit het standpunt van de monarchie.
Deze biografie over het leven van Bernhard van Lippe-Biesterfeld, later Prins der Nederlanden, is gebaseerd op uitspraken, citaten, brieven en andere aantekeningen van hemzelf of andere mensen uit zijn directe omgeving. Ook haalt Van der Zijl met enige regelmaat andere onderzoekers aan. Hiermee ontstaat een compleet levensverhaal van Bernhard, zonder dat de schrijfster zich ergens een moreel oordeel aanmatigt. Dat is een bijzonder prettige bijkomstigheid, omdat het de lezer ruimte geeft zelf een mening te vormen omtrent deze Koninklijke markante persoonlijkheid.
0 reacties