In mijn woonplaats verrijst zeer binnenkort een heuse bierbrouwerij: Slot Oostende. De brouwketels en de vergisting tanks zullen prominent opgesteld staan, alleen de bottelarij wordt elders gevestigd. Slot Oostende wordt als het oudste gebouw van Goes beschouwd. Aangenomen wordt dat in de vroegste jaren van het slot al bier werd gebrouwen. Die traditie wordt nu dus op korte termijn voortgezet! De archeologische opgravingen in en rond het slot zijn momenteel in volle gang, waardoor het perceel er nog “open en bloot” bij ligt. Er zijn nog bergen werk te verzetten, maar als alles mee zit staat er aan het einde van 2016, op het meest historische plekje van Goes een bruisende ontmoetingsplek: het nieuwe Slot Oostende.
Slot Oostende
Jens van Stee fungeert als brouwer van het geestrijke vocht dat ter plekke gaat stromen. Op voorhand heeft hij wat lichtere biertjes in de markt gezet, die makkelijk doordrinkbaar zijn en zullen dienen als huisbieren van het Slot. Onder de welluidende naam Blonde Jacoba (een naam die verwijst naar één van de eerste bewoonsters van Slot Oostende, Jacoba van Beieren) brouwde hij in de ketels van de Amsterdamse brouwerij Troost vierduizend liter van dit blonde gerstenat. Daarnaast werd Wit Voetje (een lichte Weizen), Gouden Gans (een uitgesproken tripel) en een Dubbel Slot (een ‘stoute’ dubbel) geproduceerd. Inmiddels zijn al deze biertjes bij veel Zeeuwse cafés en slijters verkrijgbaar.
Bier is uitermate hip. Zo hip dat bier zelfs het obligate glaasje wijn van zijn voetstuk aan het stoten is. Want ook bij luxere gerechten wordt tegenwoordig steeds vaker gekozen voor beer-pairing. En ik geloof erin, ben er zelfs min of meer van overtuigd dat er goddelijke combinaties te bedenken zijn met het moderne gerstenat.
Hoewel bier ontegenzeglijk het “terroir” van wijn zal ontberen (niemand gelooft toch zeker dat men kan proeven op welke gronden of in welk microklimaat het graan is verbouwd?), bestaan er inmiddels wel ontelbaar veel soorten brouwprocessen, die allemaal uniek te noemen zijn. Dit brouwproces (mouten, koken, gisten, rijpen) is te vergelijken met het vinificatieproces en daarin zijn de verschillen wel degelijk te proeven. Het aantal smaken lijkt eindeloos: zoet, bitter, kruidig of fruitig.
Veel bierbrouwers hebben zich dan ook inmiddels weten te onderscheiden door hele mooie smaaknuances in hun bier te stoppen. Dit wordt bereikt door een extreem nauwkeurige controle tijdens het brouwproces. In tegenstelling tot de wijnboer is de bierbrouwer veel minder afhankelijk van moeder natuur.
Mag pils wel bier heten
Er denkt toch zeker niemand meer aan het doodgewone pils, als we het over bier hebben? Nee, natuurlijk niet. Gelukkig. Elk weldenkend mens denkt bij bier aan de zgn. speciaalbieren. Blond, bock, stout, trappist, ale, dubbel, triple, tipa, lager, geuze, lambiek, allemaal bier met een specifiek karakter. Zelfs het zuurstokroze, maar o zo populaire Fruitesse, mag zich bier noemen volgens de wet. Goed spul voor de hooggehakte en gel-gelakte barbie’s die, bij gebrek aan kennis en geld, zichzelf voorliegen dat ze aan de Kir Royal zitten te nippen.
Enfin. Bier dus. Het mannetje hier in huis houdt wel van een glaasje speciaal. Voorbeeld: zie hier. Mijn eigen inname blijft beperkt tot twee varianten: het fris-witte, sprankelende Korenwolfje en de fonkelende, lichtjes gesluierde Lindemans kriek. De laatste lijkt een damesachtig biertje, maar wordt gebrouwen op basis van de robuuste lambiek. Hierdoor ontstaat een gevarieerd smakenpalet, dat een perfect evenwicht vindt tussen de zoetheid van het fruit en het zacht-zurige karakter van de lambiek. Heerlijk om te nuttigen op een zonnige dag, als je dorstig op zoek bent naar verkoeling.
Veel meer dan deze twee biertjes is aan mij niet besteed. Ik ben van de wijn. Durf ik er dan, behalve het voorgaande, iets inhoudelijks over te schrijven? Ehhh, nee. Maar ik heb het lekker toch gedaan, zoals jullie zien. Onder het genot van een bitterzoete Aperol.
0 reacties