Zondag deed zijn naam eer aan. Een dag met zon, heel veel zon. Vanachter onze blinkend gepoetste ruitjes lijkt het voorjaar wel naar binnen te willen springen. Ontluikende fris-groene bomen, kwetterende vogels en een diepblauwe lucht. Dus vertrekken G. en ik welgemoed van huis voor een tochtje door het Zeeuwse landschap. Wèg met die wintermuizenissen, alle wollen truien en sjaals de kast in, want hup, het voorjaar wenkt.

Helaas lijkt Zeeland altijd buiten de reguliere weerberichten te vallen. Als half Nederland in korte broek en voorzien van zonneklep de terrassen bezet houdt, trotseren de Zeeuwen nog steeds klappertandend de immer venijnig snijdende westenwind. Zo ook op deze schitterende zondag.

Al meteen bij de eerste hoek, bespeuren we een rilling en veranderen we van koers. Oostwaarts maar, de wind in de rug, dat voelt beter. Alle verwachtingen die we koesterden, zoals na een ontspannend ritje een koel drankje op een terras te nuttigen, verdwijnen als sneeuw voor diezelfde zon, die wel haar best doet, maar het niet kan winnen van een krachtige fladderwind.

Onze tot op het bot verkleumde polsen zeggen na drie kwartier ploeteren dat we beter op huis aan kunnen gaan. Niks terras, niks fijn drankje en vergeet dat begeleidende bittergarnituur ook maar snel. Vreemd is dat hoe razendsnel kou en kilte het verstand aan zet om te functioneren. Thuis is het behaaglijk en ach, van bitterballen word je toch alleen maar dik.

Eenmaal ontdooid neemt ik mijn toevlucht tot een recept wat op het ellenlange to-do lijstje staat. Snel ende simpel. In deze pissalladière is het tikkie vettige mondgevoel van het bladerdeeg in combinatie met de gebakken uien, in de praktijk een prima vervanger voor de vermeende gefrituurde balletjes. Home sweet home!

Pissaladière van bladerdeeg

Ingrediënten:
5 grote witte uien, in ringen
375 g bladerdeeg, ontdooid (8-9 plakjes)
1 ei, geklutst
20 ansjovisfilets
20 olijven, liefst zwarte zonder pit
boter, om in te bakken

Bereidingswijze:
Verhit de boter in een pan met stevige bodem en bak de uien 30 minuten op laag vuur tot ze helemaal zacht en lichtbruin zijn. Roer de uien regelmatig om en kijk uit dat ze niet aanbranden.

Verwarm de oven voor tot 200 °C. Bestuif een grote bakplaat licht met bloem of bedek hem met een siliconen bakmat.

Leg de plakjes bladerdeeg op elkaar en rol dit met een deegroller uit tot een groot vierkant en leg op de bakplaat.

Spreid de uien uit over het deeg maar laat de buitenste 2 centimeter vrij. Bestrijk de buitenste randen met het ei.
Leg de ansjovis in een ruitjespatroon op de taart en leg in elk ruit een olijf.

Bak 20-30 minuten tot de randen mooi goudbruin zijn.

Bron: De beste 100 gerechten die je gegeten moet hebben