Hoeveel fenomenen kan een mens verzamelen op één dag? Heel wat, kan ik jullie verzekeren. Fenomenen als ooievaars en racemonsters bijvoorbeeld. En ontplofte bitterballen.
Om te beginnen is daar het verschijnsel van de klotsende oksels. Terwijl ik in alle vroegte op weg ga naar mijn wekelijkse afspraak, breekt de zon door. Het wordt warm. Errug warm. Mijn post-menopauze gevoel barst in alle hevigheid los. Stroomt als een wervelwind door hoofd, langs nek en rug naar omlaag om na verloop van tijd te eindigen in een soort van vage pirouette. De fiere sierlijkheid waarmee ik ontwaakte, valt voor mijn voeten uiteen.
Op de terugweg mag ik wederom kennismaken met een kudde voorbij razende racemonsters. Overwegend in uni kledij gestoken senioren, die hun elektrieke fietsen bedienen als ware het Moto Guzzi’s 850 cc, doen mij bijkans van de weg geraken. Enige snelheid is ook de oudere medemens gegund, maar dan wel graag vergezeld van audio-visuele signalen. Het voorkomt ongelukken.
Wat later op de dag verschijnt er een onverwacht lampje. Ik ga nu eindelijk eens overgaan tot het bestellen van de eetkamerstoelen waar ik ruim een jaar geleden mijn oog op heb laten vallen. On the road, en snel voordat ik me bedenk. Wijzigingen in het interieur voelen voor mij als het moeten laten van al mijn veren. Incompleet en totaal in de war schuifel ik, nadat er subtiele veranderingen zijn aangebracht, door het huis. Mijn eigen huis welteverstaan.
Over onwillige ooievaars en razende racemonsters
En dan staat hij daar. Stoïcijns op één poot, pal naast hels mechanisch ploeggeweld. Een beetje onwillig kijkt hij – iets te nadrukkelijk – niet mijn kant op. Ik ben te oud. Maar wat is hij móóói. Enige tijd om van hem te genieten is er helaas niet, aangezien ik mij te midden van een massa ingeblikte gekken bevind, die slechts voorwaarts willen. Voor gretige, kinderloze echtparen: hij is te vinden op de A58, tussen Goes en Vlissingen, hectometerpaaltje 159,6. Zegt het voort!
Ter plekke aangekomen in het stoelenparadijs, blijken mijn favoriete zitgevalletjes plotsklaps van het toneel verdwenen te zijn. Bert Plantagie zet al zijn ontwerpen bij het vullis en maakt simpelweg nieuwe modelletjes. Voorzien van pootjes in de meest afgrijselijke kleuren. Weg zitcomfort, weg fijn stoeltje van toen. Net nu ik knopen wil doorhakken, is er geen touw meer te bekennen. Hij is fijn.
Dan niet. Een beetje mokkend verlaat ik het pand, maar wordt direct vrolijk van een weldadige warme die me overvalt. Acht oktober. Negentien graden. Dat vraagt om een terrasje. Alwaar ik me laaf aan een Dubbel Frizzz, appel-perzik. Heus waar. Doe gerust navraag. Oké, de bitterballetjes die ik erbij bestel doen het gezondheidsaspect weer enigszins teniet.
Dat geeft echter niet, want ze blijken ontploft te zijn. Zegt de aardige jongedame die zich op dat terras een slag in de rondte werkt, om al die flierefluiters van een natje en droogje te voorzien. Kennelijk komt ook niemand van de keukenbrigade op het idee om dan nieuwe in het vet te gooien, aangezien ik 15 minuten later nog zonder zit. Geen ballen dus. Enfin. Het zij zo. Vaak is die gedachte voldoende. Iets zinnigs zeggen is in dergelijke gevallen verspilling van tijd en energie. Mijn zelfgemaakte risottoballen zijn trouwens ook veel smakelijker.
Tijdloosheid
Het meest fantastische fenomeen blijkt toch echter vandaag weer gewoon in mezelf te zitten: zonder enige vorm van uurwerk te dragen, weet ik precies hoe laat het is. Zet mij twee straten achter mijn huis en ik moet subiet mijn navigatie operationeel maken; neem mij mee naar plaatselijke natuurgebieden waar ik al meer dan honderd keer doorheen ben gegaan en ik roep dat de natuur toch zo mooi is in het buitenland, maar die tijd, mensen, tot op vijf minuten nauwkeurig weet ik hem te duiden. Altijd. Overal. Ik zie het aan de vaalheid van de zon, ik hoor het aan het geruis van de rollende branding, ik ruik het aan het zuurstofgehalte in de lucht. Time to go home!
Allemaal fenomenen. Observeerbare gebeurtenissen, die speciaal zijn, zolang het niet aan een grondige analyse is onderworpen. Je hebt er niets aan. Behalve dan dat ze mij een geruststellend gevoel geven. Dat ik weliswaar niet vóór loop, maar ook zeker niet achter. Dat ook deze dag meer dan de moeite waard was. Vanwege al die fenomenen die mij doen verbazen. En nadenken. En schrijven.
Leuk geschreven….heb ervan genoten!