Wat overblijft na het skippen van al deze volgestopte knutselwaar zijn rijstwafels en matses. Rijstwafels doen hun naam eer aan, ze bevatten namelijk niet meer dan rijst, met soms een heel klein snufje zout. En ook de fabrikant van matses (Hollandia B.V. in Enschede) blijft trouw aan de oorspronkelijke receptuur, namelijk water en bloem. Meer is het niet. Je kent ze vast wel, de zeskantige, feloranje doosjes met daarin de ronde watercrackers.
Matse stamt van oorsprong uit de Joodse traditie. Het is een plat brood dat niet gerezen wordt en veelal met Pesach (de belangrijkste Joodse feestdag) wordt gegeten. Gelovige Joden staan dan stil bij het feit dat hun voorouders vele eeuwen eerder in allerijl moesten vluchten. Uit overlevering gaat het verhaal dat dit zó snel moest gebeuren, dat er geen tijd meer was om het brood te laten rijzen.
Al mijn hele leven eet ik matses graag als tussendoortje, besmeerd met een likje boter en wat jam of een dun laagje roomkaas met plakjes radijs. De hoogste tijd voor een selfmade versie van deze krrrrrrakende wafeltjes! Matses zelf bakken moet mij lukken, neem ik me voor. Maar pas op voor de beruchte adder onder het gras: het lijkt een geweldig appeltje-eitje-verhaal, maar hoe dunner je ze uitrolt, hoe sneller ze gaan opkrullen. Ondanks de gaatjes, ja. Je kunt proberen er tijdens het bakken een siliconen bakmat of een bakplaat op te leggen, maar ik merkte weinig verschil. Ook bij een lagere ovenstand werd het krullen niet echt veel minder. Typisch een zaak dus van vele malen blijven herhalen en kijken wat het beste resultaat geeft.
Matses zelf bakken
100 ml water
Verwarm de oven voor tot 250 °C. Meng de bloem met het water.
Kneed er een glad deeg van en verdeel in stukken.
Bestrooi het werkvlak met wat bloem en rol de stukken deeg plat. Prik er met een vork gaatjes in.
Leg de matse op een bakplaat bekleed met bakpapier.
Bak de matses in circa 8 tot 10 minuten knapperig. Laat goed afkoelen.
Matzes!! Ik eet ze nooit meer maar ik herinner me nog goed het paasontbijt uit mijn jeugd: grote matzes met roomboter en suiker, eerst de rand afknabbelen en dan naar het midden toe werken terwijl de suikerkorrels alle kanten opsprongen. We waren met z’n viertjes en na afloop kwam de stofzuiger meteen tevoorschijn! Tweede paasdag hetzelfde ritueel en soms ook nog een derde dag als er nog matzes in de zak over waren. Heerlijk! Leuk dat je ze zelf hebt gemaakt!
Wat een leuke reactie, Stella! Dit soort jeugdherinneringen blijven je je hele leven bij en dat maakt het alles juist zo dierbaar. Is er een reden waarom je ze niet meer eet? Ik knabbel er nog steeds lustig op los en vind ze na al die jaren nog steeds overheerlijk!
Hoi Nell, ik eet ze niet meer omdat wij niets aan Pasen doen en ze voor mij onlosmakelijk met het Paasontbijt verbonden waren. Dan zijn die grote matzes ook te koop. Ik eet verder nooit crackers en daardoor ben ik ze ook een beetje vergeten! Maar misschien neem ik toch een keer zo’n doosje mee binnenkort! 😉