Als je een geduldige fröbelaar bent en behept bent met voldoende vaardigheden op bakgebied, kun je van dit deegje zogenaamde dambordkoekjes maken. Die zijn én heel smakelijk én hebben ook nog eens een fantastisch uiterlijk. Voor mij is dat een bakbruggetje te ver. In plaats van vierkantjes in de smaken vanille en chocolade heb ik gekozen voor spiraalvormige kleurtjes. De vorm doet niets af aan de smaak en het is duizend keer simpeler om te fabriceren.
”Zijn ze niet een beetje klein, vrouwtje Eetplezier?”, hoor ik jullie vragen. Ja, dat zijn ze. Ik maakte een kleine wiskundige formulefout. Het recept is oorspronkelijk voor 50-65 koekjes. Daar verblijd je weeshuizen mee, dus heb ik het recept gehalveerd. Het resultaat is dan echter dat je weinig deeg hebt om zowel de gevraagde 10 cm breedte te verkrijgen als ook voldoende dikte van de rol. Kleine koekjes dus. Een soort eenhapslekkernij. Voordeel is wel dat je er dan twee van kunt nemen.
”Zijn ze niet een beetje klein, vrouwtje Eetplezier?”, hoor ik jullie vragen. Ja, dat zijn ze. Ik maakte een kleine wiskundige formulefout. Het recept is oorspronkelijk voor 50-65 koekjes. Daar verblijd je weeshuizen mee, dus heb ik het recept gehalveerd. Het resultaat is dan echter dat je weinig deeg hebt om zowel de gevraagde 10 cm breedte te verkrijgen als ook voldoende dikte van de rol. Kleine koekjes dus. Een soort eenhapslekkernij. Voordeel is wel dat je er dan twee van kunt nemen.
Vanille-chocoladekoekjes uit de Koekjesbijbel
Ingrediënten: (voor 50-65 koekjes)
175 gr boter, op kamertemperatuur
110 gr witte basterdsuiker
1 tl vanille-extract
¼ tl zout
½ ei, op kamertemperatuur, losgeklopt
250 gr bloem
1½ eetl cacaopoeder
1 eiwit, losgeklopt
Bereidingswijze:
Doe de boter, basterdsuiker, het vanille-extract en zout in een kom en meng door elkaar.
Meng het halve ei erdoor en voeg tot de slot de bloem toe. Kneed alles tot een deeg.
Weeg de helft van het deeg af en leg opzij. Kneed het cacaopoeder door de andere helft van het deeg. Verpak beide soorten deeg in plasticfolie en laat ze minimaal 1 uur rusten in de koelkast.
Bereidingswijze:
Doe de boter, basterdsuiker, het vanille-extract en zout in een kom en meng door elkaar.
Meng het halve ei erdoor en voeg tot de slot de bloem toe. Kneed alles tot een deeg.
Weeg de helft van het deeg af en leg opzij. Kneed het cacaopoeder door de andere helft van het deeg. Verpak beide soorten deeg in plasticfolie en laat ze minimaal 1 uur rusten in de koelkast.
Kneed beide soorten deeg kort door en rol ze vervolgens op een licht bebloemd werkblad uit tot twee lappen van 4 mm dik en 10 centimeter breed.
Plak de lappen op elkaar met eiwit, rol het deeg op en leg de rol in de koelkast tot deze voldoende koud is.
Verwarm de oven voor op 170 °C (155 ˚C) en bekleed een bakplaat met bakpapier.
Snijd het deeg in plakjes van 0,5 centimeter en leg deze op de bakplaat.
Bak de koekjes 12-17 minuten en laat ze afkoelen op een rooster.
Bron recept: De Koekjesbijbel – Rutger van den Broek
0 reacties