Nu ik fysiek even weinig tandjes heb bij te zetten, komt de maaltijdbereiding vaak voor G.’s rekening. En ere wie ere toekomt: hij doet dat met de nodige overgave en toewijding. De meeste functionele bezigheden kunnen best even op de achtergrond geparkeerd worden, maar de ingrediënten voor het avondmaal moeten na inkoop omgezet worden naar iets lekkers. Zo gaat dat hier. Want wat er zich ook voordoet, een smakelijke hap eten doet wonderen. Is ook min of meer een heilige regel in huize Eetplezier. Zonder eten geen leven.
Toch roep ik op deze mistige zaterdagmorgen eens “rustig aan te doen” met het eten. Een tosti is best. Of een gebakken eitje. Eventueel aangevuld met een beetje soep dat nog in de vriezer zat. Gewoon, zoals zoveel mensen doen in het weekend: een makkelijke maaltijd. Bord op schoot en voor de buis ermee. De boodschap komt niet over bij G. Hij kijkt me aan alsof mijn hoofd ontploft is, trekt zijn veel te dunne jasje aan (wanneer pak je nu eindelijk je winterjas?) en spoedt heen op zijn stalen ros met aan de bagagedrager zijn onafscheidelijke blauwe boodschappentas.
Drie kwartier later staat het aanrecht vol. Fruit. Prei. Selderij. Munt. Zuurdesembrood. Amandelkrullen. Kippendijen. Nog meer groente. Drie kwartier later ligt de helft van de kip in een pan zacht te pruttelen voor een fijn slokje Joodse penicilline. De andere helft verdwijnt in de slowcooker, nadat de billetjes niet al te zachtzinnig zijn ingewreven met een zelfgemaakt mengseltje van allerhande kruiden en specerijen.
Makkelijke maaltijd of toch maar niet?
Na een uurtje ruikt het in ons huisje naar tevredenheid. Maar zoals elke zaterdag is het nog niet genoeg. Ik krijg acuut zin in pepernoten (met veeeel anijs) en begin te zoeken naar een goed recept. Goede recepten uit de banketbakkerij komen van meneer Cees Holtkamp. Op Foodtube vind ik een filmpje voor het “zetten” van een pepernotendeegje. Zo gepiept. Jullie hadden er al over gelezen.
Voor de avondmaaltijd besluit G. tot het maken van een soort moussakaschotel. Afgetopt met citroenricotta. Er komt best veel snijwerk aan te pas, zo te horen aan de hakketak-geluiden die uit te keuken komen. En dat terwijl we allebei zo moe waren. Althans, dat orakelden we vanmorgen tegen elkaar. We zouden wel dágen achtereen kunnen slapen.
Maar goed, we zijn met onze bezigheden van de straat en het vult de dagen. Ik heb het vermoeden dat men ons eerder in een dwangbuis moet afvoeren, dan dat we geen energie meer stoppen in onze dagelijkse portie mondvertier. En ach, die makkelijke maaltijden komen vanzelf wel. Als we écht versleten zijn, waardoor we niet langer in staat zijn om ons maaltje zelf te bereiden en ons doorgekookte, smakeloze prakje kunnen vinden in zo’n open te klappen plastic maaltijdbox. Waarbij omroep Max onze vaste tafelgenoot zal zijn. Laten we hopen dat dat nog heel lang mag duren.
Dat dat inderdaad nog héél lang mag duren. Genieten zeg, zulke weekendjes. Heel belangrijk. X
Meer dan belangrijk, de keuken, het eten, het voldane gevoel. Laten we het koesteren zoveel we kunnen.