Al mijn hele leven lang heb ik een fascinatie voor het Verenigd Koninkrijk. Niet alleen de kiezelstranden en krijtrotsen van Sussex of de uitgestrekte zandstranden in het noorden van Norfolk, de imposante kastelen en ruïnes of de rustig meanderende riviertjes met hun groene oevers doen mij deugd, het heeft ook te maken met de inwoners die met hun ogenschijnlijke overzichtelijkheid van diepgewortelde tradities hun leven vorm geven. Prettig excentriek, individualistisch, onverstoorbaar en met een onmiskenbare hang naar sloten black tea vergezeld van de meest voortreffelijke hapjes. Kortom: de British way of life is ten volle aan mij besteed. Oké, die stiff upper lip dienen we er wel even op de koop toe bij te nemen, maar ook zelfbeheersing is één van de instellingen in een mensenleven die ik wel weet te waarderen.
Met de Britse monarchie, evenals ons eigen koningshuis trouwens, heb ik daarentegen weinig affiniteit. Roddelbladen lees ik niet, dus blijf ik gelukkig verstoken van onzinnig paparazzi-geneuzel. Natuurlijk heb ik intussen wel meegekregen dat Harry en Meghan hun eigen koers zijn gaan varen en dat Harry daarvoor zelfs zijn aanspreektitel van Zijne Koninklijke Hoogheid heeft opgegeven. En dat op 9 april jl Prins Philip, opa van Harry en echtgenoot van Queen Elizabeth overlijdt, lees ik in mijn dagelijkse digitale krantje. Net geen honderd, dat is sneu, hoewel ik er van overtuigd ben dat veel mensen willen tekenen voor zo’n leeftijd.
Op datzelfde moment weet ik al dat ik de herdenkingsdienst live wil volgen. Waarom, hoor ik jullie vragen, als je geen enkele verbintenis voelt met welk Koningshuis dan ook? Het antwoord is: omdat ik nieuwsgierig ben naar de gebruiken binnen de Anglicaanse Kerk. Ben ik dan zo’n gelovig type? Nee, zelfs dat niet. Van huis uit ben ik wel Rooms Katholiek opgevoed, inclusief wijwaterbakjes met palmtakken, jolige kapelaans en heul veul Latijnse poeha tijdens de zondagsmis, maar ergens rond mijn twaalfde ben ik het spoor bijster geraakt. Desondanks blijven kerken en hun rituelen mij uitermate boeien.
Ik weet dat de Anglicaanse Kerk nauw verwant is aan het Katholicisme (hoewel ze de Maria-verering verafschuwen) en dat men meer het “midden” kiest dan het fundamentalisme, maar hoe het er tijdens zo’n dienst daadwerkelijk aan toe gaat, daarvan had ik geen flauw benul. Tijd om voor de buis te zitten dus! De herdenking vond plaats in the St. George’s Chapel, een bijgebouw van Windsor Castle. *
Geen staatsbegrafenis en “no fuss” had de Prins zelf voor zijn dood afgekondigd. Mede vanwege de coronamaatregelen mochten slechts dertig mensen de dienst bijwonen, waardoor het een sobere maar toch indrukwekkende bijeenkomst werd. De hoornblazers van de Royal Marines spelen De Last Post, enkele zangers brengen wat hymnes ten gehore en ik zie een doedelzakspeler de prins begeleiden naar zijn rustplaats. Voorts zie ik een fragiel, breekbaar oud vrouwtje, gekleed in het zwart met een eveneens zwart mondkapje, akelig alleen zitten. Zo vreselijk hartverscheurend alleen, zonder de warmte van kinderen of familie in haar nabijheid, zonder de verstrooiende deken van pathetisch ceremonieel om haar heen, ik heb echt te doen met haar.
Ik fantaseer: zou ze na de dienst thuiskomen in dat kille kasteel (in mijn beleving hangt er in kastelen en kerken altijd een tot op het bot verkleumende ijzigheid) om aldaar wat rusteloos door de vertrekken te schuifelen of zou ze direct worden omringd met allerlei zorg en toewijding? En zou her Royal Highness het toestaan dat ze verwend zou worden met aandacht en troostende handreikingen? In dit soort situaties lijkt mij een Afternoon tea een meer dan welkom ritueel. Straffe, zwarte Engelse thee met het bekende wolkje melk, vergezeld van mini sandwiches met gerookte zalm en komkommer, luchtige scones met dikke klodders clotted cream en zelfgemaakte frambozenjam, dungesneden ham, boterige crumpets, mierzoete Battenberg cake, kruimige Bakewell tart, hartige sausage rolls, smaakvolle strawberry & white chocolate buns, knapperige apple crumble, frisse lemon bars etc. etc.
Sorry, sorry, ik laat me meeslepen door mijn fantasie. Foei, vrouwtje Eetplezier, om bij een dergelijke serieuze aangelegenheid toch weer bij eten en drinken terecht te komen. Hoe komt dat toch? Heeft het te maken met mijn eeuwige impuls om het onplezierige met het aangename te verenigen? Wil ik dan toch altijd vanuit een onderbewustzijn de snoeiharde randjes van het leven vermorzelen tussen mijn malende kiezen? Of geef ik gewoon gehoor aan het aloude spreekwoord: waar er thee is, is er hoop? Hoe dan ook: ik ben en blijf dol op onze westerburen, met al hun karakteristieke eigenaardigheden. Want zo ben ik zelf tenslotte ook. Happy me!
* Tot voor de coronacrisis verbleef de Koningin meestal op Buckingham Palace in hartje London en haar gemaal op het aan de kust gelegen Sandringham House, nabij Norfolk, maar omdat het paleis niet genoeg personeel had om de royals apart te beveiligen, woonde het echtpaar al geruime tijd samen op Windsor Castle, alwaar prins Philip is overleden. Windsor Castle vormt de kern van de Britse identiteit, is met duizend kamers het oudste en grootste kasteel van Engeland en tevens het grootst bewoonde kasteel ter wereld.
De huidige vorstin, Elisabeth II, heeft hier een deel van haar jeugd doorgebracht. Na een verwoestende brand in 1992 wordt er zo’n vijftig miljoen uitgetrokken voor restauratie. Dit verschafte heel wat ambachtslieden werk, omdat er gebruik gemaakt werd van oude technieken zoals die ten tijde van de bouw onder Willem de Veroveraar, ook werden toegepast. Via onderstaande link kom je direct bij Windsor Castle en kun je rondom het kasteel wandelen.
0 reacties