Op woensdag 4 maart 2020 besluit ik voor mezelf in sociale, of liever gezegd fysieke, isolatie te gaan. Er zijn op dat moment 38 besmettingen met het coronavirus vastgesteld in Nederland. In mijn onderbuik rinkelen er dan al vier dagen lang doordringende alarmbelletjes. Ik maan ze tot nuchterheid en logica. Maar als op een gegeven moment hun geluid mijn innerlijke stream of consciousness dreigt te overstemmen, hak ik de knoop door. Hoezeer ik mijn medemens ook liefheb, de komende tijd komt er niemand mijn huisje meer binnen. Ook buitenshuis zal ik even niemand meer ontmoeten. Voor een sociaal beestje als ik voelt dat alsof ik mijn poot eraf ga knagen, omdat ik in een klem gelopen ben en een afschuwelijke keuze moet maken.
Vandaag zijn we ruim een jaar verder en maak ik de balans op. Veel vragen omtrent het COVID-19 virus zijn nog steeds niet beantwoord. Is de handel in levende dieren inderdaad de oorzaak, zoals eerst werd verondersteld bij de markt in Wuhan? Of is de oorsprong gelegen in de almaar uitdijende en intensievere veeteelt? Zijn het de grotere druppels of toch de minuscule aerosolen die voor overdracht zorgen? Gaan alle vaccins tezamen zorgen voor volledige uitroeiing van het virus, zoals dat bijvoorbeeld bij pokken het geval was of wordt het vaccin onderdeel van een jaarlijks terugkerende traditie, zoals de griepprik? We zullen voorlopig nog even op de wetenschappelijke bewijzen en antwoorden moeten wachten, vrees ik.
Wat dit jaar me persoonlijk heeft gebracht, kan ik gelukkig wél heel gemakkelijk zelf beantwoorden. In mijn beleving zijn er veel zaken van allerhande aard bloot komen te liggen. Omdat we ons door allerlei beperkende maatregelen niet langer konden onderdompelen in de tot voor kort voorhanden zijnde poel van allerhande genoegens, werden we grotendeels teruggeworpen op onszelf. Ik, ik en nog meer ik en ja, dat was best confronterend voor veel mensen. Wat doe je opeens met al die vrijgekomen tijd, nu de overheid zo’n beetje alle feestelijke franje van ons bestaan heeft afgerukt? Geen afmattende funshop-expedities, geen mogelijkheden om ons cultureel besef enigszins op te vijzelen, om van een genoeglijk etentje met vrienden of een luidruchtig avondje pierewaaien nog maar te zwijgen. Discipline bleek het toverwoord dat ons op de been moest houden: dierbaren zoveel mogelijk – op afstand – bijstaan, thuis op de loopband of de hometrainer het lijf in shape zien te houden, als juf/meester én moeder/vader tegelijkertijd optreden, belachelijk veel tijd achter de beeldschermpjes doorbrengen en vooral binnen de eigen bubbel het plezier opzoeken.
Blijf zoveel mogelijk thuis
Blijf zoveel mogelijk thuis was de opdracht. Maakte het van mij een nukkig mens? Soms wel. Met name als het onwillige lijf er nog eens extra schepje bovenop deed, zodat ook aan eenvoudig huiselijk vertier als poetsen, wassen, strijken geen enkele lol viel te beleven. Persoonlijk word ik van al dat thuiszitten zeker niet depressief, al begrijp ik heel goed dat dat voor een boel mensen anders is. Ik was altijd al veel thuis. Thuis heb ik alles bij de hand. Bed, bad, brood. En ja, gelukkig óók de nodige apparatuur om mee te communiceren, een perfect werkende cv-installatie en een goed gevulde koelkast. Om me heen zie ik dat voor een grote groep mensen buitenshuis verblijven een manier van vluchten is, ze kunnen thuis niet aarden en zijn eeuwig op zoek naar het groenere gras. Terwijl datzelfde gras onder hun voeten – hier en nu – aan het ontkiemen is. Het is veelal een kwestie van goed observeren. De vraag: is het me opgebroken die vele uren thuis? Zonder hautain te willen klinken: nee, dat lukte mij aardig. De wereld leek opeens een stuk overzichtelijker, met zo’n lege agenda en een dito bank in huis.
Werk thuis
Werk thuis. Gelukkig hoefde ik dat niet meer. Hoewel ik het fenomeen thuiswerken kende van de laatste twee jaar van mijn arbeidzame leven, heb ik er nooit een plezierig gevoel aan overgehouden. Zo helemaal alleen in je uppie te zitten turen op dat flikkerende scherm, zonder collega om mee te sparren of koffie mee te drinken, voelde toch steeds weer armoedig en schraal. Ik heb dan ook echt te doen gehad met alle mensen die geacht werden vaak lange uren achter hun schermen door te brengen, terwijl hun kroost gillend en schreeuwend om aandacht door het huis paradeerde. Om dan het hoofd koel te houden, is wat mij betreft een topprestatie. Misschien zou een bonus, gelijkgesteld aan die van het zorgpersoneel, zo gek nog niet zijn geweest.
Ontvang slechts een persoon
Ontvang één persoon per dag. Er gaan in huize Eetplezier dagen voorbij zonder dat er vrienden/familie/buren voor de deur staan. Is dat een gevalletje zielig-zijn of geestdodende grijsheid ten top? Zeker niet, G en ik zijn gelijkgestemde zielen met gezamenlijke interesses en een paar uurtjes Zeeuwse buitenlucht zijn een welkome onderbreking van ons dagelijks bestaan. Naast een digitaal abonnement op NRC Handelsblad, een uitputtend arsenaal aan boeken middels Kobo Plus, muzikale ontspanning via streamingdienst Tidal en het urenlange bingewatch-plezier van Netflix, heeft G daarnaast de volle verantwoordelijkheid om in zijn thuisbakkerijtje te zorgen voor dagelijks brood op de plank. De avondmaaltijd is dan weer grotendeels mijn pakkie-an, een gegeven waar ik met veel genoegen mijn aandacht aan geef. Met preppen, koken en eten, zijn er zomaar weer wat uurtjes door je handen weggevlogen. Daarnaast neem ik graag de tijd om koekjes te bakken of een nieuw recept uit te proberen. Hoezo kleurloze, stoffige dagen? Natuurlijk blijft een bezoekje van vrienden/familie/buren een weldadig aanvoelend lichtpuntje, vanzelfsprekend voelt een zonovergoten dag aangenamer dan een kille dag vol druilerige regen, maar over het algemeen is het binnen zitten, samen met je lief, goed te doen. Zowel het servies als wij zelf, zien er nog tamelijk ongeschonden uit. Tevreden zijn met een dak boven je hoofd en voldoende voedsel is, naast vrijheid, een groot goed. We dreigen dat nogal eens uit het oog te verliezen.
Vermijd drukte
Vermijd drukte. Hoef ik de laatste tien jaar totaal geen moeite voor te doen. Massale bijeenkomsten voelen al langere tijd ongemakkelijk, mijn oksels gaan ervan klotsen, mijn bloeddruk stijgt en eigenlijk ben ik meer bezig met het zoeken naar een escape dan aan het genieten van wat er rondom mij afspeelt. Liever ben ik buiten, ergens op een sereen plekje in de natuur, met als enige rumoer een zwerm krijsende meeuwen of snaterende eenden. Zonder drukte dus.
Draag een mondkapje
Draag een mondkapje in binnenruimten. Haha, het laatste jaar heb ik zo’n beetje alle binnenruimten vermeden, inclusief de supermarkt. Vanaf maart 2020 heb ik een bezorgbundel bij Neerlands blauwste grootgrutter en worden alle boodschappen gratis thuisbezorgd. Ik, mezelf kennend als de meest kritische consument op deze aardbol, neem nu genoegen met keiharde mango’s, overrijpe bananen, met boontjes uit Guatemala, gebroken meerzadencrackers en veel te mager vlees. Inmiddels raak ik er aan gewend dat je zelfs met een iets minder kritische blik jezelf ook nog fatsoenlijk kan voeden. De mango moet nog even liggen, van bruine bananen maak ik bananenbrood, ingevlogen boontjes blijken – even niet aan de ecologisch onverantwoorde voetstap denken – helemaal zo slecht nog niet te smaken en twee halve crackers wordt altijd weer één hele. Het is even niet anders. Er waren overigens wel een aantal medisch noodzakelijke bezoekjes, waarvoor ik me een fiks aantal professionele FFP2-mondmaskers heb aangeschaft. Duur, maar uitermate doeltreffend!
Contactberoepen gesloten
Kappers gesloten. Als absolute hair-fanatiekeling was dit waarschijnlijk wel éën van de ergste restricties die me werden opgelegd. Ik houd van een verzorgd en goed geknipt/gekleurd kapsel. Zonder dat voel ik me het verwaarloosde achternichtje van Tina Turner. Niks aan. Maar goed, mijn haar groeide en groeide, wat vooral de eerste paar maanden resulteerde in een onafgebouwd vogelnest op het hoofd, nu lijkt het erop alsof alles zich na 365 dagen ten goede gaat keren. Mijn haar is nu schouderlang en laat zich gemakkelijker plooien dan ooit. Middels een doe-het-zelf kleursetje is het oude-vrouwtjes-grijs vervangen door een pittiger goudblond en ziedaar: nog even en ik weet niet beter of ik ga slechts eenmaal per jaar naar de coiffeur. Nagelstudio’s waren al nooit aan mij besteed, ik vind het de meest walgelijke en overdreven luxe die ik maar kan bedenken. Alsof een keurig gepolijste en gelakte vingernagel iets zou toevoegen aan het menselijk welzijn. Kom op zeg, zolang Antarctica aan het wegsmelten is onder onze voeten en de zuurstofrijke lucht steeds meer CO2 gaat bevatten, zijn er belangrijker zaken te regelen.
Horeca gesloten
Horeca gesloten. Ook wel een dingetje voor een onvervalste lekkerbek als ik. Geen uitgebreide lunches of een gezellig drankje doen met een tableau vol lekkernijen ernaast. Alles speelde zich thuis af. Daar dien je even wat meer moeite voor te doen, maar ook hier speelt het vinden van de juiste mindset een cruciale rol bij. Ik ging op zoek naar on-line shops die me delicatessen konden leveren, welke ik normaliter gewend was om alleen in restaurants te nuttigen. Ook dat bleek in de praktijk goed te doen. En zijn hierdoor de corona-kilo’s mij om de heupen gaan kleven? Het antwoord is simpel: nee. Kwestie van de balans zoeken en altijd met mate blijven opscheppen. Maak van je portie dagelijks voedsel geen vluchtweg, maar een klein hemeltje met engeltjes die over je tong p…. ehhh dansen. Genieten is iets wat we allemaal kunnen leren.
Was je handen stuk
Dit was in huize Eetplezier altijd al een veel en vaak gehanteerde stelregel. In 2020 misschien nog net iets meer uitgevoerd dan voorheen. Bovendien heb ik nu overal flesjes handgel verstopt: in de auto, handtas, fietstas en de keukenla. Geen bacterie of virus zal zich langer dan een paar minuten veilig kunnen wanen in de plooien van mijn handpalmen.
Vaccinatieprogramma
Tot slot wil ik nog iets kwijt over ons vaccinatiebeleid. Het behoeft geen enkele twijfel dat alle zorgmedewerkers als eerste een vaccin mochten halen. Datzelfde geldt wat mij betreft voor iedereen die dagelijks veel met andere personen in contact komt, zoals supermarktpersoneel, onderwijskrachten en politiemensen. Ondanks de spatschermen en de mondkapjes lopen zij veelvuldig kans op besmetting met het virus. Ik sta graag mijn prik af aan hen, ook al betekent dat een extra aantal maanden isolatie. Zij houden tenslotte onze economie draaiende, niet ik!
Voor het overige kan ik niet anders dan concluderen dat het corona-vaccinatieprogramma een knap staaltje broddelwerk is, ontstaan uit een inconsistente visie, een veel te zelfingenomen houding daar waar het de opzet, logistiek en expertise van een grootscheepse operatie als deze betreft en rampzalige afspraken met alle leveranciers van het beschermende goedje. Op dit moment is het hele programma een doolhof waarbinnen de paarse krokodillen na elke bocht opduiken. Tot nu toe heeft niemand mij kunnen vertellen wanneer ik, als zogenaamde immuun-gecompromitteerde (mooi woord voor een defect aan het afweersysteem), mijn eerste prik in ontvangst mag nemen. Niemand. En zolang Nederland ministers aan het roer heeft staan, die met een ongeldig paspoort denken hun identiteit te kunnen aantonen, vrees ik dat er dit jaar nog heel wat zal worden aangerommeld. Neem je eigen verantwoordelijkheid en laat zien dat je slimmer bent dan die figuren op het Haagse pluche: houd die anderhalve meter afstand, draag een mondkapje, vermijd drukte, geef geen feestjes, was zo vaak je kunt je handen, zorg een beetje voor een ander en ga vooral niet zitten zeuren. Met klagen verjaag je geen virussen, hooguit een handjevol mensen in je nabijheid.
Een mooi stuk Nell.
De eerste lockdown vond ik eigenlijk heerlijk. Een lege agenda, mooi weer, genieten van de eigen tuin. De kinderen mochten toen ook nog hier komen.
De tweede lockdown vond/vind ik al heel wat minder leuk. Eén knuffelcontact en bijgevolg komt alleen onze zoon bij ons binnen. Schoondochter en kleinzoon zien we alleen buiten, een uitzondering daargelaten. Ik mis de uitstapjes die we zo vaak deden, een terrasje, een restaurant. Afhaal doen we vaak (van bij De Zilverden), en hoewel het altijd lekker is, is het toch niet ‘echt’.
Ik ben niet zo’n sociaal dier, dus fysieke contacten mis ik niet echt. Ik heb, in tegenstelling tot jou, ook graag thuis gewerkt. Had nooit zo’n behoefte aan collega’s.
En ja, dat vaccinatiebeleid! Het is in België niet anders dan bij jullie. Er wordt gefaald op alle vlakken. Ach ja, wat wil je als je met acht ministers van volksgezondheid moet zien overeen te komen?
Laat ons hopen dat 2021 niet nog eens een verloren jaar wordt (al begint het daar wel op te lijken).
Dank, Myriam. Kan het heel goed begrijpen dat, wanneer je (klein)kinderen hebt, zo’n lock-down een enorme impact heeft. Het liefst voel je ze toch in je armen. Ik help je hopen dat het tij snel keert en dat 2021 niet opnieuw een herhaling wordt van 2020.