Boodschappen doen behoort niet direct tot mijn meest favoriete bezigheid. Correctie: natuurlijk wél als ik diezelfde aankopen kan doen in speciaal- of delicatessenzaken, maar voor het inslaan van de basale, wekelijkse voedingsmiddelen dien ik toch echt moed te verzamelen. Dat komt mede door het enorme aanbod van vandaag in de supermarkten – welk normaal mens weet te kiezen uit 45 soorten jam?- en de wirwar aan schreeuwerige, felgekleurde verpakkingen.
Ik ben zwaar allergisch (in figuurlijke zin) voor zogenaamde “knutsel-producten”. Deze zijn meestal verpakt in pak en zak en worden door grote voedingsmiddelenfabrikanten als Unilever in de markt gezet om de consument te behagen. Met een overload aan kunst- en hulpmiddelen fröbelt de producent een aantal ingrediënten bijeen, waarna de kooplustige afnemer dit eenvoudig kan assembleren tot iets heerlijks als “Oma’s ambachtelijke appeltaart”. Ditzelfde kunstje geldt voor “Zuid-Afrikaanse Bobotie” of een “Kip piri-piri”. Voor wie gemakshalve geen etiketten leest, kunnen dit soort producten wellicht een uitkomst zijn; wie ze wel leest, weet dat ze bol staan van synthetische stoffen en helemaal niets meer van doen hebben met puur c.q. gezond eten.
In het boek Zin en onzin in de supermarkt, geschreven door Loethe Olthuis – een begenadigd onderzoeksjournalist -, wordt alle “knutselwaar” uitgebreid doorgelicht en voorzien van kritische kanttekeningen. Inmiddels is de vierde druk uitgebracht, dat zegt meer dan genoeg over de behoefte aan informatie op dit gebied. Dat geldt zeker voor mij. Want als je, net als ik, zo goed mogelijk voor je lijf en leden wilt zorgen, lees je alle etiketten op voedingsmiddelen voordat je er überhaupt iets van in je mond stopt. Echt, gun jezelf alleen het beste en vermijd al die dubieuze emulgatoren, anti-oxydanten, conserveermiddelen en E-nummers. Neem de tijd om elk verpakt product goed te bestuderen, want alleen daarop staat de onverbiddelijke waarheid omtrent de samenstelling en herkomst. Producenten zijn verplicht alle ingrediënten op het etiket te vermelden, in volgorde van belangrijkheid.
Pakjes en zakjes in de supermarkt
Wat de pakjes- en zakjesfabrikanten ook proberen te beweren op hun verpakkingen: je lijf heeft er niks aan. Vaak zitten ze bomvol suiker, zout en smaakversterkers. Veel producenten gebruiken tegenwoordig de term clean labelling, dat wil zeggen: ze vermelden niet het e-nummer, maar de stofnaam, dat klinkt voor de consument direct minder “gevaarlijk”. Gistextract is zo’n voorbeeld van clean labelen. Het bestaat grotendeels uit mononatriumglutamaat (E621), beter bekend als het beroemde ve-tsin, alleen bij de term gistextract denkt niemand aan ongezond. Overigens zijn heus niet alle e-nummers slecht: er is gedegen onderzoek verricht, dus vooral niet teveel paniek.
Die pakjes/zakjes zijn bedoeld voor mensen die dénken dat ze met zo’n product tijd besparen. Vaak is dat totaal niet het geval. Vleesjus maak je heel simpel zelf door wat water, wijn of room door het bakvet te roeren. Datzelfde geldt voor dressings: een goede (olijf)olie met één derde deel azijn of citroensap, likje mosterd, peper/ zout en mengen maar. Prima spul voor elke salade. Meng yoghurt met mayonaise en wat fijngehakte kruiden en je hebt een voortreffelijke ravigotesaus. Voeg er augurkjes en kappertjes aan toe en voila: de remouladesaus is geboren. En al die “moeilijke” wereldgerechten dan? Koop een paar goede kookboeken plus een fikse verzameling kruiden en specerijen en ga aan de slag. Koken is leuk, kan ik je verzekeren.
Blijf sceptisch dus als je aan het shoppen gaat. En leg vooral grote korrels zout bij de uitspraken van de talloze voedingsgoeroes die momenteel hun waarheden verkondigen. Zij baseren hun opvattingen en adviezen vaak op een handjevol onderzoeken die in hun straatje passen. Ze laten weinig tot geen ruimte voor nuanceverschillen. Een betrouwbaar onderzoek kent altijd kanttekeningen en twijfelpunten. En wees vooral op je hoede voor auteurs met bedrijfsbelangen.
Zout en suiker
Zout en suiker staan momenteel bekend als dé twee grootste zonden op voedingsgebied. Iedereen zou er verstandig aan doen om hierin te matigen. Zout als bestanddeel is in zijn pure vorm helemaal zo slecht nog niet, het probleem is echter dat we er veel te veel van consumeren. We hebben slecht 6 gram nodig voor een optimaal functioneren, in de praktijk krijgen we echter 9 tot 11 gram binnen. Hiervan komt slechts een klein gedeelte uit ons huis-, tuin- en keukenzoutvaatje en 80% komt uit voorverpakte producten. Probeer je maaltijden te laten bestaan uit puur en eerlijk eten, dus wég met dat ongezonde prefab-voer uit pakjes en zakjes. Echt, je wordt niet ziek door het incidenteel eten van een frikandel of een pizza, maar als je dit dag in dag uit doet, is de kans op hoge bloeddruk en ander lichamelijk ongerief wel ernstig toegenomen.
Zeezout is niet gezonder dan keukenzout. Alle soorten bestaan uit 95% natriumchloride. Van de resterende 5% die waardevolle mineralen zou bevatten, moet je wel erg grote doses nemen, om hiervan profijt te hebben. Het verschil zit voornamelijk in het mondgevoel. Hoe grover, hoe knapperiger. Let wel op als je zelf je brood bakt: je lichaam heeft jodium nodig. Gebruik dus gejodeerd zout! Ik ben er zelf een keer behoorlijk de mist mee ingegaan.
Suiker is nog zo’n gevaarlijke en zondige voedingsstof. Toch is ook suiker helemaal niet zo ongezond als momenteel wordt beweerd, mits je er geen kilo’s van wegwerkt. Wat het zo gevaarlijk maakt, is dat het overal in verstopt zit. Ja, zelfs in de naar ons gevoel zoute producten, zoals ham, soep en chips. Als we dit soort producten teveel tot ons nemen, krijgen we ongemerkt echt teveel suiker binnen. De in de markt gezette producten met zogenaamde gezondere alternatieven, zoals dadel,- of agavesiroop, kokosbloesemsuiker etc zijn nog steeds suikers, allemaal afgeleiden van sacharose. Er zit echt geen verschil in de onderlinge voedingswaarden tussen al deze stoffen. Dit geldt voor alle stropen, honing en siropen. Devies is: eet met mate koek en snoep!
Verder in dit boek
Donkerbruin en robuust uitziend brood, zoals waldkorn, bestaat merendeels gewoon uit wit tarwebloem, gekleurd met gebrande mout. Het oogt gezond, maar dat is het niet. Brood van volkorenmeel is nooit zo donker, ziet er eerder grijzig uit, en zit juist wél vol vezels en andere nuttige voedingsstoffen.
Het effect van gezondheidsbevorderende drankjes als yakult en optimel, blijft twijfelachtig. Ze claimen bevorderend te zijn voor een gezonde darmflora, maar elke wetenschappelijke basis ontbreekt. Met het eten van gewone, naturel yoghurt bereik je vaak hetzelfde resultaat.
Vermijd de zogenaamd gezonde tussendoortjes, zoals granen- en/of vruchtenrepen. De nietszeggende, en zelfs vaak misleidende, teksten op deze producten suggereren een boel gezondheid door de toevoeging van allerhande vitamines en mineralen, maar ze zitten vaak bomvol suiker en zijn dus ook gewoon snoep en zeker geen verantwoord tussendoortje.
Frisdrank is en blijft nr 1 in de strijd tegen overgewicht bij kinderen. Wat ze dan kunnen drinken? Water, doodgewoon kraanwater, eventueel opgeleukt met een schijfje citroen of wat takjes verse munt. Kruidenthee mag ook altijd natuurlijk. Ook producten met stevia zijn niet minder schadelijk dan die met suikers of alternatieve zoetstoffen.
En water uit een flesje dan? Al jarenlang hanteren fabrikanten van flessenwater uitputtende marketingtrucs. Ze claimen meer mineralen te bezitten, zuiverder te zijn en dus een gavere huid en meer vitaliteit te bewerkstelligen. Hiermee wordt gepretendeerd een betere kwaliteit te bieden dan het Nederlandse kraanwater. Niets is minder waar. Ons kraanwater is ongelooflijk schoon en net zo puur als flesjeswater, alleen wel 100 x goedkoper. Dit geldt niet altijd voor buitenlands drinkwater.
Alcohol de grootste vijand
Alcohol is anno 2020 helemaal geïntegreerd in ons dagelijkse leven. Waar vroeger het drinken van een wijntje of een biertje voorbehouden was aan feestdagen, is het nu doodnormaal om elke dag een happy hour te houden. Van de Mamibo naar de Vrijmibo, zo sukkelen we de week voor. In dit boek stelt Loethe Olthuis dat alcoholgebruik in Europa verantwoordelijk is voor 40% van de sterfgevallen aan mond, keel, en slokdarmkanker. Eén glas lijkt de kans op hartinfarcten, diabetes 2 en dementie te verkleinen volgens de Gezondheidsraad, maar het probleem is dat het vaak niet bij eentje blijft en dan loeren vervolgens gevaren als leveraandoeningen, diabetes en beroertes om de hoek.
Kortom: Alle onderwerpen in dit boek zijn mega-interessant voor iedereen die gezonde en verantwoorde keuzes wil maken. Past vlees nog in een verstandig voedingspatroon? Of vis? Waar moet je op letten bij het kopen van zuivel? En kaas, is dat slim om te eten bij een verhoogd cholesterolgehalte? Jullie kunnen het allemaal lezen in “Zin en onzin in de supermarkt” van Loethe Olthuis. Een must-have voor elke foodie.
0 reacties
Trackbacks/Pingbacks