De dag begint met het omgooien van een vol glas thee. Het roomwitte lopertje op mijn eetkamertafel neemt spontaan een bescheiden, doch duidelijk lichtbruine tint aan. Thee als kleurstof werkt reusachtig goed, is heel goedkoop en gemakkelijk te verkrijgen. Dat wist ik nog vanuit mijn hippiejaren, toen ik nog een zekere afkeer koesterde voor termen als Rust, Reinheid en Regelmaat. Veel te burgerlijk allemaal.
Chaotische wanorde overheerste mijn leven. Stapels vuile borden op het aanrecht. Strijkgoed dat nooit gestreken werd, maar vanuit de mand gevist werd om opnieuw aangetrokken te worden. Een niet zo erg kraakheldere witte was. Zo gebeurde het dat ik alles wat goor en “hontig” (= Brabants dialect voor alles was niet fris is) was, in een emmer water met theezakjes gooide. Mijn moeders goedkeuring heeft het nooit gekregen.
Intussen is alles goed gekomen met me. Ik slaap, ik poets, was, strijk en kijk regelmatig op de klok om te controleren of er nog geen maaltijd op tafel dient te verschijnen. Dat soort dingen doe ik tegenwoordig met het grootste gemak. Iets ontkleuren blijkt in de praktijk dan weer net iets minder gemakkelijk. Er moet een halve fles Vanish aan te pas komen om het kleed weer enigszins toonbaar te maken.
De wasmachine is al in gebruik, dus het centrifugeren moet handmatig gebeuren. Ook geen dagelijkse kost. Waarna mijn strakke dagschema dramatisch ontregeld is.
Dan gaat de telefoon. Ik word gebeld door een vriendin die ik de dag tevoren on a very dull moment zelf had proberen te bereiken. Een voorbije vakantie moet besproken worden, vorderingen bij de fysio, de gezondheid van de kleinkinderen. Just talking ….. And talking.
Dan klingelt de bel. Een lange tijd verloren gewaand familielid staat breed lachend voor de deur. Natuurlijk ben ik blij. En al is het even zoeken naar de juiste toon die de muziek voor dat moment ondersteunt, we zitten genoeglijk aan tafel, nemen een eenvoudige lunch tot ons en babbelen over alles wat besproken dient te worden tussen mensen die elkaar lang niet gezien hebben.
Over gaten in mijn hart en legionella bacteriën
Opnieuw de telefoon. Het is mam die opgetogen melding doet van het feit dat een persoon haar salmonella onderzocht heeft. Huh??? “Even herhalen, mam, wát zeg je nu?” Het blijkt te gaan om een man. Een nette man. In een soort van blauw pak. Met een embleem. Nee, de naam heeft ze even niet goed gelezen. Wel dat hij een plastic flesje en een thermometer bij zich had en even naar haar boiler wilde kijken. O ja, hij vroeg ook nog of hij zich moest legitimeren. Dat hoefde niets van ons mam, want zulke mannen zijn te vertrouwen. Hij kwam van een bedrijf, dat zag je in één oogopslag. Zegt ze.
Aan alle kanten gaan er alarmbellen rinkelen. “Má-hám”, roep ik aangedaan, “hoe vaak heb ik je nu al niet gewaarschuwd voor dit soort trucs? Het kan net zo goed een crimineel zijn, die misschien nu niets heeft meegenomen, maar wel heeft kunnen rondkijken in je huis”. Aan de andere kant valt een stilte. Mam denkt na. “Alle deuren waren dicht”, zegt ze gedecideerd en hij heeft een flesje gevuld met water uit de keukenkraan”.
De kwartjes beginnen te vallen. Het vermoeden rijst dat het om een controle op de aanwezigheid van de legionella-bacterie gaat. Dan nog blijft de vraag: in wiens opdracht gebeurt dit en waarom is mam daar niet van te voren over ingelicht? Ik zet mijn Sherlock Holmes gezicht op en start mijn onderzoek.
Om half vijf val ik in een groot, diep, zwart gat. De mannetjes die dagelijks zorg dragen voor een gestructureerd bio-ritme, besluiten op dat moment op de resetknop te drukken, waardoor de machinerie volledig down gaat. Gevoelens van allerhande aard buitelen over me heen. Na een aantal jaren met een haperend niveau aan oestrogenen begin ik het weliswaar te herkennen, maar een fijn gevoel is het zeker niet.
Ik kan wel janken. Natuurlijk doe ik dat niet. Ooit heb ik de hardnekkige stelling in genomen, altijd tegen de stroom in te blijven zwemmen. Altijd. Wat ik dan wel doe is keiharde muziek op zetten, liefst met veel dramatiek erin verwerkt, dat zwelgt zo lekker. Passenger zingt en ik blèr mee ♪♪ Said we’ve got holes in our hearts, we’ve got holes in our lives we’ve got holes, we’ve got holes but we carry on ….♪♪
Wat ben op zulke momenten dankbaar dat ik nog een restje groentecurry heb staan van eergisteren. Dat ik in de vriezer van die kant en klare bladerdeegvellen heb liggen. Maar toch vooral dat er een man is die van dit alles fraaie hapjes in elkaar weet te fröbelen. Kruidig, lekker warm en vooral troostrijk. Een hapje troost doet wonderen, merk ik. Tegen achten ben ik dan ook weer helemaal het vrouwtje. ♪♪ Said we’ve got hope in our hearts, yes, we’ve got hope in our lives ♪♪
.
Wat een dag, wat een dag 🙂 Je kunt het zo eens hebben. Dat met je moeder is heeeel herkenbaar. Te goed van vertrouwen die mensen van zekere leeftijd en waar ze ons vroeger voor waarschuwden brengen ze nu zelf in de praktijk. Hij is fijn! Fijne Pasen Nell!
Dat gedoe met mam vond ik wel het meest eng die dag. Oef! Dan is een afstand van zo’n 60 km opeens best een end. Gelukkig heeft mijn Sherlock Holmes hoed geholpen: het was idd een heuse controle! Gelukkig maar. Prettige Paasdagen, Els!
Sorry hoor Nel, maar ik heb wel weer genoten van jouw ellende. Nu ja, van de manier waarop je het levendig beschrijft in ieder geval. En mijn mam was totaal het tegenovergestelde van jouw man. Die vertrouwde op haar ouwe dag geen mens meer!
Dat is prima, Myriam! Ellende en droefenis is er om afgewisseld te worden door een schaterlach. Such is life.
Prettige Paasdagen met veel zon gewenst.
Fijn dat je een lieve man hebt die lekkere hapjes maakt, en fijn ook als je over ellendige dingen mooie verhalen kunt schrijven! Morgen fijn eitjes verven met… Theezakjes misschien?
Ach, je moet zaken in het leven kunnen relativeren. Gelukkig heb ik me daar intussen in weten te bekwamen 😉
Maar je hebt wel gelijk: het opschrijven is een vorm van therapie en dat voelt altijd goed. Vooral als mensen, zoals jij, het ook daadwerkelijk lezen en erop reageren. Thnx. Fijne Pasen!
Wat een dag vol emoties. Zo’n dag dat je jezelf afvraagt of de rest van de wereld vreemd is, of dat het aan jezelf ligt. Waarop je weet, als ik begin te janken kan ik niet meer stoppen. Troosteten werkt helend, warm en zoet of warm en kruidig kan alles weer in het juiste perspectief plaatsen.
Hele fijne paasdagen voor jou en ieder die je lief is.