Als anti-fröbelaar ben ik allergisch voor tal van huishoudelijke zaken. Inmiddels beschik ik over een lange lijst met onwilligheden. Bloemen schikken bijvoorbeeld. Ze vallen bij mij altijd een kant op, maar nooit de goede, waardoor het geheel er reeds zieltogend uit ziet lang voordat er sprake is van daadwerkelijke bloei.
Knopen aanzetten, nog zoiets. Hoewel iemand diep van binnen keihard “weggooien” begint te roepen bij het zien van een ontbrekende knoop aan ‘s mans overhemd, zegeviert toch altijd weer de nijvere, deugdelijke huisvrouw in mij. Met veel gevoel voor theater en een oneindig aantal verzuchtingen ga ik op zoek naar een passende knoop in de verstofte naaidoos, ben vervolgens 15 minuten kwijt met het vinden van een passende naald, om daarna tot de ontdekking te komen dat het met mijn ogen ook niet meer zo best is gesteld.
Knopen aanzetten, nog zoiets. Hoewel iemand diep van binnen keihard “weggooien” begint te roepen bij het zien van een ontbrekende knoop aan ‘s mans overhemd, zegeviert toch altijd weer de nijvere, deugdelijke huisvrouw in mij. Met veel gevoel voor theater en een oneindig aantal verzuchtingen ga ik op zoek naar een passende knoop in de verstofte naaidoos, ben vervolgens 15 minuten kwijt met het vinden van een passende naald, om daarna tot de ontdekking te komen dat het met mijn ogen ook niet meer zo best is gesteld.
Vanaf vandaag voeg ik nog zo’n weerbarstig item toe aan bovenstaande lijst: ontdooid bladerdeeg. Echt hoor, bij kamertemperatuur wordt dit goedje volstrekt onhandelbaar. Mijn onbedwingbare trek in deze zelfgebakken snack maakte dat ik van start ging met het recept, maar reeds in de tweede minuut bid ik tijdens het gerommel om hulp van bovenaf. Waar ben ik in vredesnaam aan begonnen? Het is niet dat ik niet wil, anders zou ik nooit begonnen zijn. Zou het dan toch iets te maken hebben met mijn gebrek aan “creatief met kurk”-instelling? Ergens rijst er een vermoeden dat deze imperfectie zich opnieuw aan mij openbaart.
Maar geloof ‘t of niet: uiteindelijk worden het toch nog nog een soort van kaasvlinders en word ik rijkelijk beloond voor al mijn inspanningen. Zestien kaasvlinders. Als je het uitspreekt lijkt het best veel, maar het bordje was opvallend snel leeg. Hartig, smeuïg en dan ook nog eens zelfgebakken, veel beter wordt het niet vandaag.
Krokante kaasvlinders van Rutger van den Broek (16 st)
Vulling:
75 gr boter, op kamertemperatuur
1 ei, op kamertemperatuur
50 gr bloem
1 theel zout
1½ eetl fijne mosterd
¼ theel gemalen peper
350 gr belegen of oude kaas, geraspt
75 gr boter, op kamertemperatuur
1 ei, op kamertemperatuur
50 gr bloem
1 theel zout
1½ eetl fijne mosterd
¼ theel gemalen peper
350 gr belegen of oude kaas, geraspt
8 plakjes kant-en-klaar bladerdeeg (licht ontdooid)
100 gr belegen of oude kaas, geraspt
bloem, voor het werkblad
Bereidingswijze:
Mix voor de vulling de boter, het ei, de bloem, het zout, de mosterd en de peper tot een romig geheel.
Mix voor de vulling de boter, het ei, de bloem, het zout, de mosterd en de peper tot een romig geheel.
Leg de plakjes dakpansgewijs 1 mm over elkaar heen. Vier in de breedte en vier in de hoogte. Rol dit licht uit tot een vierkante lap van 50 bij 50 centimeter en zorg ook dat de naden mooi weggewerkt zijn. Bestrijk het deeg met een dunne laag van de vulling en strooi de 350 gram geraspte kaas erover.
Vouw de deeglap aan de onder- én bovenzijde ongeveer 8 centimeter naar binnen. Vouw het deeg vervolgens aan de onder- en bovenzijde nogmaals 8 centimeter naar binnen, en klap het geheel dan dubbel.
Verwarm de oven voor op 220 °C (hetelucht 210 ˚).
Vouw de deeglap aan de onder- én bovenzijde ongeveer 8 centimeter naar binnen. Vouw het deeg vervolgens aan de onder- en bovenzijde nogmaals 8 centimeter naar binnen, en klap het geheel dan dubbel.
Snijd de rol in 16 plakken en leg ze plat neer op een met bakpapier beklede bakplaat.
Dek de kaasvlinders af met plasticfolie en laat ze 1 tot 1½ uur rijzen op een warme en tochtvrije plaats.
Verwarm de oven voor op 220 °C (hetelucht 210 ˚).
Bak de kaasvlinders 15 minuten. Bestrooi ze met de 100 gram geraspte kaas en zet ze nog 5 tot 10 minuten in de oven, tot ze goudbruin zijn.
Bron recept: Het hartige bakboek – Rutger van den Broek
0 reacties