Sinds enkele maanden heeft onze pasta echter een ware metamorfose ondergaan. Van de gedroogde Barilla of De Cecco naar eigenhandig geknede, gewalste en gedraaide deegwaar. Man, man, een wereld van culinair verschil voltrekt zich in je mond. Wat een fluwelen zaligheid in tegenstelling tot de gedroogde soorten die – ook al zijn ze van een knisperend “al dente” cuisson – toch altijd een lichte meligheid bevatten. Verse pasta dus. Ja, in het begin is het even een gedoe. Teveel stuifbloem, te dikke plakken, te weinig ei, maar als je de juiste consistentie eenmaal gaat zien, dan heb je pas door hoe het moet. Om maar eens een Cruijffiaans spreekwoord te gebruiken.
In een later blog kom ik uitgebreid terug op het zelf maken van pasta. Voor nu een heerlijke witte saus met witte wijn, veel groenten en mascarpone. Zie het als de tegenhanger van de klassieke bolognesesaus. Mijn histamine-intolerantie dwingt me geen tomaten te eten, dus ben ik altijd op zoek naar alternatieven. En geloof me: de Italiaanse keuken kent ook heel veel gerechten zonder de traditionele tomaat.
Verse pasta met ragù bianco (4 personen)
250 gr verse pasta
Bereidingswijze:
Verhit een scheutje olijfolie in een koekenpan en voeg de ui, knoflook, wortel, bleekselderij, tijm en pancetta toe. Bak circa 5 minuten. Voeg het gehakt
toe en bak nog eens circa 5 minuten.
Giet de witte wijn en de bouillon in de pan en verwarm de saus circa 30 minuten.
Breng een pan water met zout aan de kook en kook de pasta in 3-4 minuten beetgaar.
Schep de pasta in een diep bord en lepel er de saus over. Of doe als de Italianen: schep de saus door de pasta en serveer alles gemengd op je bord.
Garneer met de rest van de Parmezaanse kaas en de peterselie.
Oh lekker zeg … voor als ik terug een ondergebit heb.
Als je alles lang genoeg laat sudderen, kun je dit bijna naar binnen “slobberen”. Maar ik kan me ook levendig voorstellen dat het met tanden een stuk fijner en smakelijker eet. Hopelijk is dat al heel snel, Myriam. Sterkte!